UITSPRAAK 27 JANUARI 2023

Procedurenummer 22/1301 Wtra AK
Klacht gegrond, maatregel van doorhaling voor de duur van twee jaar. In 2019 heeft een reguliere kantoortoetsing bij het accountantskantoor van betrokkene plaatsgevonden. De uitkomst was dat de opzet van het kwaliteitsstelsel onvoldoende was. Omdat er ten tijde van de toetsing binnen het accountantskantoor geen toetsbare cliëntendossiers waren, kon de werking van het kwaliteitsstelsel niet worden getoetst. Daarom is het eindoordeel van de toetsing aangehouden en zou het accountantskantoor opnieuw door de toetser worden bezocht. Dit bezoek heeft echter niet plaatsgevonden. Klaagster verwijt betrokkene dat hij onvoldoende heeft meegewerkt aan de voorzetting van de toetsing, waardoor de toetsing tot op heden niet is afgerond. Ook wordt betrokkene verweten dat hij de monitoringsvragenlijst 2022 niet heeft ingevuld. Beide klachtonderdelen zijn gegrond. Bij het bepalen van de hoogte van de maatregel is betrokkene zwaar aangerekend dat hij geen inzicht heeft gegeven in de activiteiten van zijn kantoor. Door zijn houding heeft betrokkene zich feitelijk onttrokken aan het toezicht op de kwaliteit van zijn beroepsuitoefening, waardoor niet kan worden beoordeeld of de kwaliteit van de beroepsuitoefening van betrokkene in overeenstemming is met hetgeen van hem als accountant mag worden verwacht.