Uitspraken 13 juni 2016

Procedurenummer 15/2007 Wtra AK
Tuchtrechtelijke positie OKB-er. Onjuiste uitvoering opdrachtgerichte kwaliteitsbeoordeling inzake een onjuist afgegeven beoordelingsverklaring met onthouding van conclusie. De Accountantskamer is van oordeel dat, nu is vastgesteld dat de door de collega-accountant opgestelde beoordelingsverklaringen, mede gezien de paragrafen 22 en 22A van NV COS 2400 ( zoals deze luidden in 2009) en artikel A-110.2 van de VGC, zonder nader onderzoek niet hadden mogen worden afgegeven en uit de verklaringen van betrokkene volgt dat hij in het kader van de OKB met de collega-accountant heeft gesproken over diens afwegingen om de beoordelingsverklaringen in deze vorm af te geven, betrokkene ter zake eveneens een tuchtrechtelijk verwijt treft. Immers, indien de opdracht waarop de OKB ziet, onjuist is uitgevoerd, en de betrokken OKB-er kennis heeft van de daarvoor van belang zijnde feiten en omstandigheden, hetgeen in casu het geval was, kan de OKB evenmin goed zijn gedaan. Maatregel: berisping.