Procedurenummer 21/657 Wtra AK
Klacht tegen een accountant die goedkeurende controleverklaringen heeft afgegeven bij de jaarrekeningen van een fonds voor gemene rekening en die een assurancerapport heeft opgesteld bij een prospectus. Klagers vinden dat ten onrechte in de prospectus is opgenomen dat “dividend” wordt uitgekeerd en vinden dat beleggers op het verkeerde been worden gezet. Klacht gedeeltelijk gegrond. Schending van het fundamentele beginsel van vakbekwaamheid en zorgvuldigheid. Oplegging maatregel van waarschuwing.
Procedurenummer 21/876 Wtra AK
Klager is professioneel wielrenner geweest. Klager heeft betrokkene gevraagd de Belastingdienst ervan te overtuigen dat hij met zijn werkzaamheden als wielrenner als ondernemer voor de inkomstenbelasting diende te worden aangemerkt. Betrokkene heeft de aangiften inkomstenbelasting op die basis ingediend, maar de Belastingdienst heeft geoordeeld dat klager geen ondernemer is. De klacht gaat over onjuiste advisering over diverse belastingonderwerpen, zoals de aanvraag van een VAR-verklaring, het niet-toepassen van de 183-dagenregeling en de beperkte aftrek van kosten. De Accountantskamer heeft de klacht ongegrond verklaard. Betrokkene heeft de keuze voor de aangifte als winst uit onderneming of resultaat overige werkzaamheden expliciet aan klager voorgelegd en geïnformeerd over de gevolgen daarvan voor de belastingdruk. Het is niet aan betrokkene te wijten dat de Belastingdienst in de werkzaamheden van klager geen ondernemerschap heeft gezien.