Uitspraken 29 april 2019

Procedurenummer 18/606 Wtra AK
De klacht waarin aan betrokkene onder meer wordt verweten dat hij opdrachten heeft aanvaard en uitgevoerd, niet tijdig een Wwft-melding heeft gedaan en zich niet toetsbaar heeft opgesteld, is in al haar onderdelen ongegrond.

Procedurenummers 18/1391 t/m 18/1396 Wtra AK
Klagers zijn in dienst geweest van de maatschap waarvan betrokkenen lid zijn of zijn geweest. Bij de civiele rechter wordt tussen klagers en drie van de betrokkenen een schadestaatprocedure gevoerd over de hoogte van de schade die klagers hebben geleden ten gevolge van het inbrengen van het onder de (gematigde) eindloonregeling opgebouwde pensioenkapitaal in een nieuwe pensioenregeling. In deze procedure is nog geen vonnis gewezen. Klagers verwijten betrokkenen dat zij meerdere fundamentele beginselen hebben geschonden bij de afwikkeling van de schade door onder meer geen voorschot op het vastgestelde pensioentekort vast te stellen en in de onderhandelingen geen constructief tegenvoorstel te doen. De klacht is ongegrond. Volgens vaste jurisprudentie van de Accountantskamer staat het een accountant immers in beginsel vrij om in zijn zakelijke betrekkingen, ook in rechtsgedingen, een (civielrechtelijk) standpunt in te nemen en zal slechts onder bijzondere omstandigheden een klacht over een daarin ingenomen (civielrechtelijk) standpunt slagen. Niet gebleken is van bijzondere omstandigheden.