UITSPRAKEN 7 APRIL 2023

Procedurenummer 22/1287 Wtra AK
Derde klacht tegen een accountant die werkzaam is bij een trustkantoor. Volgens klager is het trustkantoor aan te merken als accountantskantoor en had betrokkene moeten zorgdragen voor een deugdelijk kwaliteitssysteem, omdat zij als enige accountant binnen de organisatie is aan te merken als beleids- en kwaliteitsbepaler. Klager verwijt betrokkene dat zij niet heeft zorggedragen voor een deugdelijk kwaliteitssysteem, dat zij geen maatregelen heeft getroffen bij niet-integer handelen van anderen, dan wel dat zij zich hiervan niet heeft gedistantieerd, dat zij in de eerdere tuchtprocedures de Accountantskamer onjuist heeft voorgelicht en dat zij ten onrechte geen toepassing heeft gegeven aan het bepaalde in NV NOCLAR. De Accountantskamer is van oordeel dat het trustkantoor niet kwalificeert als een accountantskantoor in de zin in artikel 1 van de (destijds geldende) NVAK-aav. Omdat geen sprake is van een accountantskantoor, kan betrokkene niet worden gezien als beleids- en kwaliteitsbepaler in de zin van de toepasselijke regelgeving en is zij niet verantwoordelijk voor het kwaliteitssysteem. Daarom is het eerste klachtonderdeel ongegrond. De overige klachtonderdelen zijn niet-ontvankelijk, omdat daarover al eerder is geklaagd.

Procedurenummer 22/1675 Wtra AK
De klacht is ongegrond. Betrokkene wordt verweten de goede naam van klager in telefoongesprekken met oud-klanten van het kantoor te hebben aangetast. Wat in de telefoongesprekken door betrokkene is gezegd staat echter niet vast. Daarom is het verwijt niet gegrond. Betrokkene was niet gehouden klager eerst te horen over de door hem van een derde verkregen informatie alvorens een nader onderzoek in te stellen. Dat betrokkene niet de waarheid heeft gesproken over de reden van zijn vertrek bij zijn vorige werkkring is niet aannemelijk gemaakt. Het tuchtrecht strekt zich in beginsel niet uit tot het gebruikelijke sociaal verkeer tussen twee nieuwe collega’s.

Procedurenummer 22/1740 Wtra AK
Het Openbaar Ministerie verwijt betrokkene in vervolg op de tegen hem aanhangig gemaakte strafzaak, dat hij facturen in de administraties van zijn vennootschappen heeft opgemaakt, opgenomen en/of heeft betaald, hoewel de omschrijvingen op die facturen niet kloppen met de werkelijkheid. Betrokkene is strafrechtelijk veroordeeld, maar heeft tegen het vonnis hoger beroep ingesteld dat nog moet worden behandeld. De Accountantskamer oordeelt dat betrokkene eraan heeft meegewerkt en geaccepteerd dat gedurende een ruime periode (2013 t/m 2017) in totaal twaalf facturen in het maatschappelijk verkeer zijn gebracht die valse informatie bevatten en daardoor in ernstige mate de fundamentele beginselen van integriteit en professionaliteit heeft geschonden. De inschrijving van betrokkene als accountant moet daarom worden doorgehaald en betrokkene mag zich pas na 10 jaar eventueel opnieuw inschrijven.

Procedurenummer 22/1860 Wtra AK
De maatschap waaraan betrokkene was verbonden had een vordering op een derde. In verband daarmee had die derde aan de maatschap een pandrecht op haar vorderingen gegeven. Tot die verpande vorderingen behoorden vorderingen op twee vennootschappen van klager. De maatschap is in 2015 een civiele procedure tegen klager gestart teneinde betaling van de vorderingen van de derde op klager te krijgen. Volgens klager heeft de maatschap excessief en onrechtmatig aan de derde (de pandgever) gedeclareerd en betrokkene wist dat. Klager verwijt betrokkene dat zij desondanks ermee heeft ingestemd dat de maatschap incassomaatregelen jegens zijn vennootschappen heeft genomen. Ook verwijt klager betrokkene dat zij jaarrekeningen van haar twee vennootschappen niet op tijd heeft gepubliceerd. Het klachtonderdeel over de te hoge declaraties en de inning van de verpande vorderingen is verjaard en overigens ongegrond. Klager heeft niet aannemelijk gemaakt dat de maatschap excessief en onrechtmatig heeft gedeclareerd. Het klachtonderdeel over de schending van de publicatieplicht is wel gegrond. Betrokkene had de jaarrekeningen op tijd moeten publiceren. Een waarschuwing is in dit geval op haar plaats.